Oeps, laat staan begrijpen. Niet wat ik was duizelig hoofd, meneer! 
Walah...lieur aing!!!



________________________________
Dari: Setiadji N Achmad <setiadji.ach...@yahoo.com>
Kepada: WongBanten@yahoogroups.com
Terkirim: Sab, 29 Mei, 2010 00:17:28
Judul: Re: [WongBanten] berita multatuli di koran belanda

  
terasa di walanda....euuy

wassalam
Setiadji N






________________________________
From: Ibnu Adam Aviciena <ibnuaviciena@ yahoo.com>
To: wongban...@yahoogro ups.com
Sent: Wed, May 26, 2010 3:09:45 PM
Subject: Re: [WongBanten] berita multatuli di koran belanda

  
Ik ben zeker dat U begrijpt.

Salam hangat,

Ibnu Adam Aviciena
Serang, Banten

--- Pada Jum, 21/5/10, Boni Triyana <boni_triyana@ yahoo.com> menulis:


>Dari: Boni Triyana <boni_triyana@ yahoo.com>
>Judul: Re: [WongBanten] berita multatuli di koran belanda
>Kepada: wongban...@yahoogro ups.com
>Tanggal: Jumat, 21 Mei, 2010, 3:23 PM
>
>
>  
>Ibnu,
>
>Kunt U dit text vertalen maken? Ik weet het niet..
>
>Dank U wel..
>
>--- On Fri, 21/5/10, Ibnu Adam Aviciena <ibnuaviciena@ yahoo.com> wrote:
>
>
>>From: Ibnu Adam Aviciena <ibnuaviciena@ yahoo.com>
>>Subject: [WongBanten] berita multatuli di koran belanda
>>To: "wongbanten" <wongban...@yahoogro ups.com>, rumahdu...@yahoogro ups.com, 
>>"IAIN Banten" <iainban...@yahoogro ups.com>
>>Date: Friday, 21 May, 2010, 11:06 AM
>>
>>
>>  
>>Op zoek naar Max Havelaars halve huis
>>Door Michel Maas op 18 mei '10, 11:08, bijgewerkt 19 mei '10, 22:07
>>http://www.volkskra nt.nl/buitenland /article1380227. ece/Op_zoek_ naar_Max_ 
>>Havelaars_ halve_huis
>> 
>>Het huis van Eduard Douwes Dekker (Multatuli) in Rangkasbitung, de hoofdstad 
>>van Lebak. De achtermuur van het huis is onlangs gesloopt. Rechts: een dorp 
>>in West-Java. Foto?s Hollandse Hoogte, Reuters
>>
>>
>>Het is 150 jaar geleden dat Multatuli’s Max Havelaar verscheen. Michel Maas 
>>zoekt Multatuli in Lebak, waar weinig lijkt veranderd, en komt van een koude 
>>kermis thuis.
>>Riza draagt een gifgroene hoofddoek, maar een kleine diamant op haar voortand 
>>leidt de aandacht daarvan helemaal af. Ook haar gesteven groene 
>>gemeente-uniform valt ineens niet meer op, zodra zij een glinsterende 
>>glimlach laat zien. Als zij lacht, staat de gigantische moskee tegenover het 
>>stadhuis er ineens een stuk minder intimiderend bij. Lebak is behoorlijk 
>>islamitisch, maar haar lach verraadt dat het allemaal zo erg niet is als je 
>>denkt.
>>
>>
>>Riza is een helder en doortastend meisje en ook dat valt op. Haar collega’s 
>>hangen onderuit in de schaduw van de oude pendopo, de Javaanse versie van de 
>>kiosk: een dak op pilaren, waaronder je kunt zitten, praten of muziek maken. 
>>De ambtenaren zijn druk doende met het rekken van hun lunchpauze. Het is 
>>warm, en veel te doen is er sowieso niet in het kantoor van de bupati, de 
>>regent. Dus niemand mist de ambtenaren die hier hangen en nggobrol, zoals 
>>kletsen hier liefkozend wordt genoemd. Zelfs dat kletsen gaat langzaam. Als 
>>je te snel beweegt, al is het maar je tong, word je niet alleen moe, maar ga 
>>je zweten als die buitenlander, die hier verdwaald lijkt te zijn. 
>>
>>
>>
>>‘Multatuli... ja... we hebben een straat die zo heet... en een aula... Veel 
>>buitenlanders komen hier en vragen naar Multatuli... Ja... Multatuli...’ Als 
>>ik vraag of zij weten wie Multatuli is, zijn zij alweer verdiept in de rook 
>>die zij zonder te blazen uit hun mond laten waaien. Het waait nauwelijks, dus 
>>ook dat gaat niet snel. 
>>Hoe weinig is er veranderd, in honderdvijftig jaar. Zelfs de weg naar 
>>Rangkasbitung, ‘De Parel van Lebak’, is nog dezelfde als toen. Hij wás zo te 
>>zien misschien ooit van asfalt, maar hij is kapotgedenderd door de 
>>vrachtwagens van de staalfabrieken, waar de mensen nog altijd net als in 
>>Multatuli’s tijd te hard werken voor te weinig geld. 
>>
>>
>>
>>Een rit over de keien kan in 2010 nauwelijks anders aanvoelen dan een tocht 
>>met paard en wagen of de koets, die Eduard Douwes Dekker bijna twee eeuwen 
>>geleden naar dit trage oord vervoerde. Zelfs nu, met de auto, moet je geduld 
>>hebben, achteroverleunen en nggobrol om de tijd te doden. Nee, haast moet je 
>>niet hebben, als je naar Rangkasbitung komt.
>>
>>
>>Het leven gaat hier in het tempo van de wind die niet waait, en de afstanden 
>>zijn zo kort als de benen van de becakrijder die je in zijn fietsbak neemt en 
>>je overal heen fietst zonder echt moe te worden. Zo klein is Rangkasbitung. 
>>Douwes Dekker moet vanuit zijn huis het hele stadje hebben kunnen overzien. 
>>Dit is de plaats waar Douwes Dekker zijn moeilijke tijd als 
>>assistent-resident beleefde, en de hoofden van Lebak en Saïdja en Adinda 
>>onsterfelijk maakte. 
>>
>>
>>
>>Vlotten van lange bamboestammen steken traag de bruine Ciujung-rivier over. 
>>Die rivier vormt nog altijd de grens tussen het stadje en een dorpse wereld 
>>aan de overkant, een uitgestrekt platteland waar tussen de fabrieken nog 
>>altijd dezelfde oude rijstvelden liggen, die worden beploeterd door 
>>onverzettelijke waterbuffels, de kerbau, die zo lekker in de modder liggen 
>>met dezelfde loomheid als de ambtenaren in de pendopo. 
>>
>>
>>
>>Een buffelherder laat drie van die grijze kolossen uit aan de rand van de weg 
>>maar hij is geen mooie, heroïsche Saïdja, die Multatuli zo prachtig heeft 
>>laten sterven. Hij is vuil, zwart, en gekleed in lompen, en valt dus wat 
>>tegen. Ik vraag hem of hij Multatuli kent, maar hij doet of hij een buffel 
>>is, en hoort en ziet mij niet. 
>>
>>
>>
>>Pas aan de stadskant lijkt dat te veranderen. ‘Dekker’, weet een chauffeur 
>>met een triomfantelijke grijns. ‘Multatuli... Dekker...’, herhaalt hij trots. 
>>Maar wat een dekker is, weet hij niet. Laat staan een havelaar. Een ander 
>>kent Saïdja en Adinda, maar niet die van Multatuli. ‘Saïdja en Adinda’ is de 
>>naam van de missverkiezing die elk jaar in Lebak wordt gehouden. 
>>Maar als ik Multatuli zoek moet ik naar het Adjidarmo-ziekenhui s. Daar gaan 
>>ze allemaal heen, de toeristen die Multatuli zoeken. Dus rijd ik de 
>>kaarsrechte Multatulistraat uit, helemaal tot aan de alun alun, het 
>>dorpsplein van gras dat zich uitstrekt tussen de moskee, het kantoor van de 
>>Bupati en de luie pendopo. Daar ligt het ziekenhuis, en daarachter: 
>>‘Havelaars erf was heel groot, men kon het aan één kant oneindig noemen omdat 
>>het aan een ravijn grensde dat zich uitstrekte tot aan de oevers van de 
>>Ciujung, de rivier die Rangkasbitung in een van haar vele bochten omsluit.’
>>
>>
>>Bij het ziekenhuis stuurt iemand mij een smalle gang in naast het 
>>hoofdgebouw, maar die leidt zo te zien nergens heen. Zeker niet naar een zee 
>>van ruimte of een ravijn. Hier is alleen maar puin en zompigheid. Uit een 
>>bouwval aan de linkerkant groeit struikgewas. Maar het metselwerk is nog 
>>solide en zwaar, en verraadt Hollandse makelij. Tegen die stevige Hollandse 
>>muur is een Indonesisch hok gemetseld van die grote betonblokken waarmee ze 
>>hier in twee weken een huis in elkaar flansen. Verderop staat een soort 
>>barak. En daar tegenover...
>>
>>
>>Het huis, zegt Riki, een man die is belast met het toezicht op de bouwsels, 
>>staat aan de rechterkant. Dit?! ‘Het huis werd tot vorig jaar nog gebruikt. 
>>Als opslag voor vaccins’, zegt Riki. Maar toen moest het ziekenhuis een 
>>gebouwtje neerzetten voor de generator. En toen stond het huis in de weg. En 
>>toen hebben ze de achtermuur eruit gebroken. En nu staat het generatorhuisje 
>>midden in Havelaars halve huis. 
>>
>>
>>
>>Er is niets, helemaal niets meer over van Multatuli’s Lebak.
>>O jawel hoor, zegt Riza met haar diamanten tand, en neemt mij mee naar het 
>>gemeentearchief. Daar, op de bovenverdieping, tussen opgestapelde dozen in 
>>een volgepropt en stoffig kantoortje, hangen en liggen drie vergeelde 
>>portretten van Douwes Dekker. 
>>
>>
>>
>>Is dat alles?
>>Dat Riza zelf ooit ‘Saïdja en Adinda’ heeft gelezen, is niet eens meer een 
>>troost. Zij ziet mijn teleurstelling. Kennelijk om mij op te monteren zegt 
>>zij dat zij wel iemand kent die de Max Havelaar heeft gelezen. Meneer Robert, 
>>de assistent van de regionaal secretaris, de ‘Sekda’ van Lebak, die heeft het 
>>boek in huis, heeft zij gehoord. Helaas is meneer Robert vandaag niet in zijn 
>>kantoor.
>>
>>
>>Bezweet en traag, en zonder enige verwachting, wandel ik de Jalan 
>>Hardiwirangan in, achter het kantoor van de bupati. Het is een mooie, groene 
>>straat, met links en rechts solide koele huizen uit ‘de Nederlandse tijd’. De 
>>zon staat op zijn hoogst en de straat is verlaten. Heel even waait een 
>>vleugje insulinde voorbij. 
>>
>>
>>
>>De bibliotheek is vernoemd naar ‘Saija en Adinda’. Twee klerken zitten naast 
>>de deur. Zij weten van niets. Als ik iets over een boek wil weten moet ik het 
>>hoofd hebben, Dedi Supardi. Die is binnen. Het hoofd is verdiept in gebed. 
>>Hij staat op en buigt, en knielt en buigt tussen zijn boeken, en laat zich 
>>door mij niet van de wijs brengen. Net als de rest heeft ook bidden zijn tijd 
>>in Rangkasbitung.
>>
>>
>>Als hij klaar is met bidden, pakt hij de Max Havelaar uit de kast. Het is een 
>>Engelse vertaling, zegt hij verontschuldigend, want geen mens in Indonesië 
>>leest nog Nederlands. 
>>Ik kijk op het uitleenkaartje. De Max Havelaar van Rangkasbitung is twee keer 
>>uitgeleend. Een keer in 1993, en de tweede keer in 1998.
>>
>>
>>Ik draai mij om en neem de eerstvolgende koets naar huis. Hier heb ik niets 
>>meer te zoeken. 
>> 
> 




Kirim email ke